bogen op

werkw.
Uitspraak:  ['boxə(n)ɔp]
Vervoegingen:  boogde op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geboogd op (volt.deelw.)

kunnen bogen op  (trots kunnen zijn op (wat je hebt bereikt)) `De voetballer kan bogen op een mooie loopbaan.`


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van bogen op?
De verleden tijd van bogen op is 'boogde op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geboogd op'.
Hoe spel je bogen op?
bogen op spel je B O G E N Spatie O P

Op andere websites
Zoek bogen op op Woordenlijst.org
Zoek bogen op op Google
Zoek bogen op op Wikipedia